Begijnhoven zijn een unicum voor de Lage Landen.
Begijnengemeenschappen waren oorspronkelijk verspreid over een
groter gebied, dat zowel de Noordelijke en de Zuidelijke
Nederlanden, Noord-Frankrijk, als delen van het huidige Duitsland
en Zwitserland omvatte. De typische ‘hoven’ zijn
daarentegen het sterkst vertegenwoordigd in de Zuidelijke
Nederlanden, waar ze de tand des tijds glansrijk hebben doorstaan.
Hun historische, architecturale en socio-religieuze waarde wordt zo
hoog ingeschat dat 13 begijnhoven door de Unesco als werelderfgoed
werden erkend.
Pas sinds kort wordt in het onderzoek naar de begijnen en hun
geschiedenis ook aandacht besteed aan de materiële cultuur van
de begijnhoven; het boekenbezit en –gebruik van begijnen
doorheen de eeuwen zijn hier voorbeelden van. Beghinae in cantu instructae zet een nieuwe stap in het
onderzoek door voor het eerst de bronnen van het muziekleven in de
begijnhoven in kaart te brengen en te bestuderen. Het boek biedt
dan ook een primeur op (muziek)historisch gebied, en schetst voor
het eerst de voorheen ongekende kwantiteit, kwaliteit, stilistische
verscheidenheid en historische en geografische spreiding van het
repertoire.
In de eerste plaats geven enkele exemplarische bronnenstudies een
dieper inzicht in verscheidene aspecten van het bewaarde
repertoire, dat in vele opzichten rijk en divers is gebleken. Aan
de hand van het verhaal achter de muziek wordt ook de context
aanschouwelijk gemaakt, een noodzaak voor een goed begrip van de
bronnen die ons zijn overgeleverd.
Daarnaast wil deze publicatie ook aanzetten tot verdere exploratie
door middel van een repertorium van handschriften en drukken, dat
een beschrijving biedt van alle muzikale bronnen die werden
opgespoord. Dit repertorium richt zich zowel tot het brede publiek,
dat zich wil informeren over een nog onontgonnen aspect van het
begijnenleven, tot amateur- en professionele musici, die een
repertoire willen verkennen dat reikt van de hoge middeleeuwen tot
het eind van de achttiende eeuw, als tot historici en musicologen,
als aanzet voor verdere studie en onderzoek.